Blog Alles over de WBSO-regeling in 2023

De WBSO-regeling in het kort:

De Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO) is een fiscale stimuleringsregeling waarmee de Nederlandse overheid een deel van de loonkosten, overige kosten en uitgaven voor speur- en ontwikkelingswerk (S&O), ook wel Research & Development (R&D) genoemd, compenseert. In de praktijk betekent dit dat u minder loonheffing afdraagt.


Bent u een zelfstandige? Dan krijgt u een vaste aftrek voor S&O. Daarnaast is er nog een extra tegemoetkoming voor starters. Het budget voor de WBSO bedraagt €1.370 miljoen in 2023.



Er zijn twee soorten projecten waarvoor u een aanvraag kunt indienen. Dit zijn:

  1. De ontwikkeling van technisch nieuwe (onderdelen van) fysieke producten, fysieke productieprocessen of programmatuur.
  2. Technisch-wetenschappelijk onderzoek (TWO).


Wie komt voor WBSO-regeling in aanmerking?

Elke ondernemer/onderneming die aan speur- en ontwikkelingswerk doet kan de subsidie aanvragen. De WBSO maakt onderscheid tussen inhoudingsplichtige en belastingplichtige ondernemers.


Inhoudingsplichtige ondernemers:

Heeft u een onderneming die vennootschapsbelasting betaald? En heeft u medewerkers in dienst die speur- en ontwikkelingswerk verrichten? Dan kunt u via de WBSO-regeling in aanmerking komen voor een vermindering van de afdracht loonheffing. Ook een holding kan als S&O-inhoudingsplichtige worden aangemerkt als er minimaal één werknemer in dienst is die S&O verricht. Inhoudingsplichtige voor de loonheffingen bent u als u personeel in dienst heeft en een loonheffingennummer heeft.


Belastingplichtige ondernemers:

Heeft u een onderneming in de zin van de inkomstenbelasting?
En verricht u zelf 500 uren of meer speur- en ontwikkelingswerk per kalenderjaar? Dan kunt u in aanmerking komen voor S&O-aftrek. Deze zelfstandigen worden S&O-belastingplichtigen genoemd.

Benieuwd of jij ook in aanmerking komt?

Mededeling: WBSO-uren 2022 uiterlijk 31 maart 2023 opgeven

Wat levert de WBSO op?
De WBSO verlaagt uw kosten ook als het project mislukt. Het financiële voordeel van de WBSO-regeling verschilt tussen inhoudingsplichtige ondernemingen (ondernemingen met personeel) en zelfstandigen. Daarnaast hebben startende ondernemingen of ondernemers recht op extra financieel voordeel (startersfaciliteit).

Ondernemingen met personeel = inhoudingsplichtigen

Voor inhoudingsplichtige ondernemingen biedt de WBSO subsidie een vermindering op de totaal af te dragen loonheffing.
Deze vermindering komt als volgt tot stand. Eerst wordt de S&O grondslag berekend:


Het aantal uren besteed aan speur- en ontwikkelingswerk vermenigvuldigd met het uurloon.
Het bedrag van de werkelijke S&O kosten en uitgaven, dan wel een forfaitair bedrag (€ 10 euro per S&O uur voor de eerste 1.800 S&O uren. En € 4 euro per uur over het surplus S&O uren).
A + B samen noemen we de “totale S&O grondslag”. De afdrachtvermindering bedraagt 32% van de eerste €350.000 euro totale grondslag. En 16% van het surplus.


Voor starters (startersfaciliteit) is de afdrachtvermindering 40% van de eerste €350.000 totale grondslag. En 16% over het surplus.


S&O belastingplichtigen

Voor bedrijven die vallen onder de inkomstenbelasting (bijvoorbeeld zzp-ers) is er een vaste aftrek (S&O-aftrek) als zij minimaal 500 S&O-uren per kalenderjaar maken. Voor startende zzp-ers is er bovendien een extra aftrek. In 2023 bedraagt de S&O-aftrek voor zelfstandigen € 13.360 en de aanvullende aftrek voor starters € 6.684.


Startersfaciliteit:

Voor starters geldt zelfs een verhoogd tarief van 40% van de eerste € 350.000 van de totale S&O-grondslag.


“Starters” zijn ondernemingen met minder dan vijf jaren personeel in loondienst, dan wel u bent minder dan 5 jaar ondernemer. Uw onderneming heeft minder dan drie kalenderjaren S&O-verklaringen ontvangen. Hierbij kan een rol spelen of u activiteiten voortzet van een andere onderneming.

Welke S&O projecten komen in aanmerking voor de subsidie

De WBSO-regeling ondersteunt twee soorten projecten.


  • Hieronder valt de ontwikkeling van technisch nieuwe (onderdelen van) fysieke producten, fysieke productieprocessen of programmatuur;
  • Technisch-wetenschappelijk onderzoek (TWO). Hieronder valt verklarend onderzoek dat technisch van aard is.


De WBSO ondersteunt ontwikkelingen die voor u technisch nieuw zijn. Het kan gaan om de ontwikkeling van technisch nieuwe (onderdelen van) producten, productieprocessen en programmatuur. Voor producten en productieprocessen geldt dat het om tastbare, fysieke zaken moet gaan. Bij een ontwikkelingstraject moet er sprake zijn van technische risico’s of onzekerheden.


De ontwikkeling van technisch nieuwe programmatuur kenmerkt zich door een iteratief karakter. Het moet gaan om het daadwerkelijk oplossen van (programmeer)technische knelpunten. Bij technisch nieuwe programmatuur is er sprake van een nieuw informatietechnologisch principe in de programmatuur, waarbij u zelf de technische knelpunten oplost.


Onderzoeksprojecten waarmee u nieuwe technische kennis genereert kunnen onder bepaalde voorwaarden als technisch-wetenschappelijk onderzoek worden aangemerkt. Technisch betekent dat het onderzoek betrekking heeft op gebieden zoals fysica, chemie, biotechnologie, productietechnologie of informatie- en communicatie- technologie. Wetenschappelijk onderzoek heeft tot doel een verklaring te zoeken voor een verschijnsel die niet is te geven op basis van algemeen toegankelijke kennis. U genereert zelf met uw onderzoek theoretische of praktische kennis.


Welke kosten en uitgaven komen in aanmerking?

Als u een WBSO-aanvraag indient kunt u kiezen voor het opvoeren van forfaitaire kosten (vast bedrag per S&O-uur) of de werkelijke kosten en uitgaven. De hoogte van het forfaitaire bedrag per kalenderjaar is: € 10 per S&O-uur voor de eerste 1.800 S&O-uren en € 4 per S&O-uur voor alle S&O-uren boven de 1.800.


De werkelijke kosten en uitgaven komen alleen voor een S&O-verklaring in aanmerking als deze (uitsluitend) dienstbaar en direct toerekenbaar zijn aan het verrichten van uw eigen S&O-werkzaamheden.

Voorbeelden van subsidiabele kosten:

  • Aanschaf van verbruiksgoederen, materialen en onderdelen voor het doen van proeven of het maken van proefbatches;
  • Aanschaf van materialen en onderdelen voor het zelf vervaardigen van een prototype zonder potentiële productieve of commerciële betekenis in het kader van een eigen ontwikkelingsproject;
  • Kosten voor het laten vervaardigen van prototypes zonder potentiële productieve of commerciële betekenis in het kader van een eigen ontwikkelingsproject;
  • Aanschaf van licenties voor specifieke softwaretools of ICT-tools die noodzakelijk zijn voor het zelf ontwikkelen van technisch nieuwe programmatuur;
  • Kosten voor de huur van apparatuur of (delen van) gebouwen die uitsluitend dienstbaar zijn aan de eigen S&O-werkzaamheden.


Voorbeelden van subsidiabele uitgaven:

  • (delen van) nieuwe gebouwen voor zover deze direct toerekenbaar en dienstbaar zijn aan de eigen S&O-werkzaamheden;
  • Aanschaf van nieuwe apparatuur of instrumenten, specifiek bedoeld voor het vervaardigen van modellen, proefbatches of prototypes zonder potentiële productieve of commerciële betekenis;
  • Aanschaf van ICT-middelen specifiek bedoeld voor eigen S&O-werkzaamheden.

WBSO-regeling aanvragen
U mag maximaal 4 aanvragen per kalenderjaar indienen. Hieronder vallen ook onvolledig ingediende aanvragen of vormvrije aanvragen die u niet intrekt. Uw aanvraag mag een onbeperkt aantal projecten bevatten. U mag meerdere WBSO aanvragen indienen met dezelfde startmaand. Aanvraagperiodes mogen elkaar overlappen. Elke aanvraag die u indient loopt automatisch tot en met 31 december.
Uw aanvragen mogen elkaar dus overlappen. Neem daarom in uw aanvraag de (extra) voorgenomen S&O-uren (en eventuele kosten en uitgaven) op tot en met 31 december. De aanvraagperiode start de eerstvolgende maand na uw aanvraag. Uitzondering: start uw aanvraagperiode op 1 januari? Dien de aanvraag dan uiterlijk 20 december in.

Administratie

Uit een goede WBSO-administratie moet op eenvoudige en duidelijke wijze kunnen worden afgeleid welke S&O-werkzaamheden (aard, inhoud en voortgang) zijn verricht en hoeveel tijd daaraan is besteed. Indien u heeft gekozen voor het forfaitaire bedrag dan hoeft u voor kosten en uitgaven geen administratie bij te houden. Heeft u gekozen voor werkelijke kosten en uitgaven, dan bent u verplicht om ook van de gerealiseerde kosten en uitgaven een administratie bij te houden. Uit deze administratie moet op eenvoudige en duidelijke wijze kunnen worden afgeleid welke kosten en uitgaven zijn gemaakt en betaald voor het S&O-werk waarvoor de S&O-verklaring is afgegeven. De administratie moet zeven jaar bewaard worden.